Digitale Cultuur expertsessie – 22 september 2022
Gespreksverslag
Deelnemers aan de sessie waren:
Heleen Rouw en Leonieke Verhoog (Cinekid), Caspar Sonnen (IDFA Doclab), Joris van Ballegooien, Sean Gillis (Stimuleringsfonds Creatieve Industrie), Bero Beyer, Absaline Hehakaya, Cynthia Ophorst (Nederlands Filmfonds), Brett Bannink (Provincie Utrecht), Anna Pedroli (NAPA), Henk Christophersen (Fonds 21), Anna Abrahams (Eye Filmmuseum), Margje de Koning (Movies that Matter), Paul Vetter (EZK), Babette Wijntjes (Vedette Film) Annabet Langkamp (Kaboom Animation Festival), Siuli Ko (K.O.Productions/CCC), Avinash Changa (Me Make VR) en Corine Meijers (Studio Biarritz), Silvia van der Heiden en Paulien Dresscher (NFF). Moderatie: Roel van Herpt (onafhankelijk adviseur)
-
Hoe kunnen we de positie van digitale cultuur (DC) binnen de Nederlandse culturele sector- en in het bijzonder binnen de filmfestivals-versterken, zodat we kansen voor ontwikkeling, groei en internationale uitstraling goed kunnen benutten?
Digitale Cultuur is een sterk ontwikkelend en snel vernieuwend domein binnen de audiovisuele sector en bestaat uit een keten van onderzoek & experiment, ontwikkeling, productie en vertoning en distributie, waarvan elk onderdeel een specifieke aanpak, tijdsinvestering en financiering vereist. De festivals NFF, Cinekid en IDFA hebben ieder een eigen DC-programma, waarin zij de nieuwste verhaalvormen en technieken presenteren aan hun publiek. Allen lopen jaarlijks tegen hetzelfde probleem aan: de financiën.
Het lukt uiteindelijk wel om voldoende geld te werven om het DC-onderdeel voort te zetten, maar de visie zoals deze bedacht is aan het begin van ieder jaar moet vaak meer dan wenselijk is worden aangepast aan de beschikbare middelen. Daarbij moeten de festivals steeds creatiever worden om de noodzakelijke budgetten dekkend te krijgen. Het gehele proces van fondsenwerving is complex, tijdsintensief en gaat ten koste van de aandacht die eigenlijk uit zou moeten gaan naar de inhoud.
Welke uitdagingen zijn er en hoe beperken deze de ontwikkeling van de sector?
Belicht vanuit de festivals:
DC is een duur programma-onderdeel binnen de av-sector en voor festivals is het lastig om de financiën hiervoor rond te krijgen. Hierdoor zijn kleine festivals zoekende in hun rol binnen het DC-spectrum. De wil om dit soort werk te tonen is er zeker, maar de financiën ontbreken. De festivals die het wel voor elkaar krijgen om DC neer te zetten beamen de hoge kosten en geven aan dat fondsenwerving voor dit programmaonderdeel tijdsintensief is.
Gebrek aan fysieke locaties waar de werken getoond kunnen worden. Er is geen vaste locatie om DC-projecten te vertonen. Aan het vinden en bekostigen van de juiste locatie zit tijd en geld verbonden. Daarbij moet er staf worden opgeleid om de DC-projecten op de juiste wijze te exposeren. Het vinden van juiste locaties en het opleiden van staf zijn onderschatte kostenposten, een sectorbreed probleem waarvan het besef nog niet geheel bekend is in Nederland. De festivals zijn ideale locaties om DC-producties te vertonen, maar ook hier is het vinden van financiering om een gehele DC-productie neer te zetten, een probleem.
Een andere manier om DC-projecten te presenteren is via online platforms. De bestaande (Amerikaanse) culturele platforms zijn niet geschikt voor de experimentele werken van het DC-domein (wegens bijv. censuur of preutsheid), waardoor DC-projecten worden geblockt. Een Europees platform met een andere regelgeving zal de presentatiemogelijkheden en zichtbaarheid van het DC-domein vergroten.
De DC-sector zit in zijn puberteit. Er ontbreken belangrijke verbindingspunten en besef om het gehele proces van idee tot distributie en vertoning rond te krijgen. Daarbij speelt mee dat DC-producties projecten veelal in ontwikkeling blijven, waardoor financiering vinden nog lastiger is. Film staat hier tegenover als lineair proces met een duidelijker begin- en eindpunt.
In Nederland zijn we wat betreft de indeling van disciplines verkaveld. DC vindt aansluiting bij diverse disciplines en bevat eigenschappen van verschillende richtingen, maar past eigenlijk nergens volledig bij (´de banaan op de fruitschaal´). Het vinden van de juiste financieringsmogelijkheden is daardoor lastig. In het buitenland zien we dat het beter geregeld is en er meer budget (presentatiebudget, marketingbudget etc.) is vrijgemaakt voor DC-projecten. Bijvoorbeeld de Deense Google is een supporter van DC/experimentele kunst. Een grote sponsor als Google begrijpt ook dat er budgetten voor marketing, presentatie etc. nodig zijn om een DC-productie de exposure te geven die het verdient. Vanwege deze grote bestedingsruimte voor buitenlandse kunstwerken, kunnen zij gemakkelijker op internationale festivals staan. Nederland heeft een grote poule aan DC-talenten, maar de financieringsbeperkingen zorgen ervoor dat de drempel voor Nederlandse werken hoog is om op (inter)nationale festivals te staan.
Film-BIS werkt beperkend voor DC binnen de grotere filmfestivals. De Film-BIS is in de kern een goede regeling, waarmee filmfestivals een mooie programmering kunnen neerzetten. Maar om financiering te krijgen voor DC-projecten, werkt de Film-BIS beperkend: een aantal fondsen heeft als voorwaarde alleen organisaties te steunen die niet in de Film-BIS zitten. Organisaties die wel in de Film-BIS zitten, kunnen hierdoor alleen aanspraak maken op kleinere regelingen die niet altijd aan de financiële vraag kunnen voldoen of niet passen bij de inhoud.
Gebrek aan begeleiding voor DC-makers. Een DC-project bestaat uit verschillende facetten en disciplines, die allen een andere (financierings)aanpak vereisen. Voor makers kan het lastig zijn om een weg daarin te vinden. Een DC-hub waar kennis en rapporten over het DC-domein worden verzameld en makers navraag kunnen doen, is bevorderlijk voor de DC-sector.
Hoe kunnen we de uitdagingen oplossen, zodat het DC-domein zich kan blijven ontwikkelen?
Belicht vanuit de fondsen:
DC is een mooie, innovatieve en creatieve sector, maar tegelijkertijd ontzettend kwetsbaar.
Festivals vormen het ideale podium voor deze kunstvorm. Daarom moeten fondsen de DC-sector
bevragen hoe zij bediend willen worden en hier op termijn op inspelen.
Het openzetten van subsidieregelingen voor organisaties die binnen de film-BIS vallen, is niet de ideale oplossing. Dit betekent namelijk ook dat (kleine) festivals en creatieve organisaties (vaak buiten de film-BIS) wegvallen vanwege het beperkte budget dat verdeeld moet worden. Dit bevordert de zichtbaarheid van het DC-domein niet.
Het is cruciaal om de DC-sector als een aparte sector te zien en niet als verlengstuk van de filmsector of designsector. Hierdoor hoeft de DC-sector ook niet voortdurend te leunen op (budget van) de filmsector of andere sectoren. Het oprichten van een 7e rijksfonds zou het DC-domein meer draagvlak kunnen geven.
Een samenwerkingsregeling als DigitAll is een stap in de goede richting. Het is een project in ontwikkeling en daarom een goede manier om te experimenten wat wel/niet werkt. Hoe deze regeling echter ingevuld kan worden is nog wel een punt van aandacht: Het is goed omonderscheid te maken tussen DC als middel en tool voor hoger publieksbereik enerzijds en anderzijds DC als medium en uitdrukkingsvorm. Vooral deze laatste manier van kijken naar DC is hier onderwerp van gesprek en vooral hiervoor ontbreekt een visie vanuit de overheid die recht doet aan de rijkdom van het domein.
Financierende partijen en makers moeten leren dezelfde taal te praten. Door te ondervinden wat ieders pijnpunt is, kunnen de betrokkenen van elkaar leren en aan elkaars vraag voldoen.
Partnerships aangaan met (commerciële) partijen. Dit vereist ook een lange adem, omdat het om een complexe samenwerking gaat. Maar het is de moeite waard, waardoor er niet in allerlei bochten gewrongen hoeft te worden voor het schrijven van een aanvraag. Meerjarige steun is een belangrijke voorwaarde, zowel voor partnerships als een reguliere aanvraag.
Afsluitend
DC is een op zichzelf staand domein, maar verhoudt zich ook tot andere disciplines als film, design of beeldende kunst. Dit maakt het ingewikkeld, want DC behoort niet tot de ‘gevestigde’ disciplines. DC is ‘de banaan op de fruitschaal’, een nieuw stuk fruit waarvan niemand nog echt weet we er mee moeten, maar wat niet meer weg gaat. Iets waar we als domein tegenaan lopen bij de fondsen. De fondsen tonen interesse in het domein, maar regelmatig staat regelgeving in de weg waardoor zij beperkt worden in hun mogelijkheden om te geven.
Dit probleem wordt groter naarmate het DC-domein groeit. En dat is nu het geval: er zijn steeds meer talentvolle makers die zich verdiepen in het DC-domein, de werken worden grootser en complexer maar ook volwassener, vanuit diverse hoeken binnen de av-sector is interesse om DC-werken te vertonen. Het is daarom van belang dat er fondsen voor vrijgemaakt worden, zodat het domein zich kan blijven ontwikkelen en we kunnen concurreren met buitenlandse festivals.
Daarnaast is DC voor de creatieve industrie, maar ook voor de audiovisuele wereld, een creatief rijke humuslaag waar ruimte is voor experiment en ontwikkeling en waar de basis gelegd wordt voor vele andere kunstvormen, ontwikkelende technologieën en waar nagedacht wordt over de impact hiervan op de samenleving.
-
Hoe nu verder?
Voortbouwend op dit gesprek zullen de volgende stappen ondernomen worden:
Op vrijdag 18 november van 12:00-15:00 zullen wij verder praten bij IDFA: samen met de festivals, producenten, en makers zullen we een eerste schets opzetten voor het ‘Moonshot van de sector’.
Deze zal bestaan uit de volgende onderdelen:
Wat is de definitie van DC binnen deze context?
Voor wie is dit belangrijk, waarom en hoe verhoudt het zich tot de rest van het veld (over spelers, stakeholder en geldstromen)?
Hoeveel budget zou hiervoor nodig zijn per jaar en per 4 jaar?
De uitkomsten van deze werksessie zullen verder uitgewerkt en besproken worden in een brede sessie die we eind januari zullen beleggen, waarbij ook weer fondsen en overheden uitgenodigd worden.
Einddoel is om, naar aanleiding van deze gesprekken, toe te werken naar een Mission Paper, waarin we de voorwaarden schetsen voor een gezonde toekomst voor Digitale Cultuur in Nederland. Deze Mission Paper zal in het voorjaar aangeboden worden aan stakeholders, fondsen, beleidsmakers, movers & shakers als bijdrage voor een nieuwe visie voor dit spannende en kansrijke domein.